oude dag 1.0
de tijd dat iemand oud is; het laatste deel van iemands leven
Zie ook
:
iemands oude dagen
Algemene voorbeelden
Ze geeft er zich blijkbaar geen rekenschap van dat beide versies elkaar tegenspreken; het is of het lijkt echter wel waarschijnlijk dat de ouders zichzelf voortdurend tegenspraken met discours als: "je moet onafhankelijk worden, reken alleen op jezelf, wij rekenen alvast op jou voor onze oude dag, enz.." Haar bestaan is zielig van begin tot einde. De eerste typische depressieve toestand brak uit toen ze achttien was en de boerderij verliet om naar de stad te komen.
Hoe eindigen mijn oude dagen [...]? Zal de regering voor mij zorgen? Of word ik verzorgd door familie.